De Norton Club Nederland bestaat dit jaar een halve eeuw. Party-time natuurlijk en een goede tijd om in de geschiedenis te duiken van een club die Abraham recht in de ogen kijkt, maar nog springlevend is. Al gluurt de club ook wel eens met een scheef oog naar Triumph.
Voor me aan tafel zitten Johan Swieringa en Bram Noppert, de bestuursleden van de Norton Club Nederland. Samen zijn ze goed voor vijftig jaar lidmaatschap, al neemt Norton-ambassadeur Johan daarvan veertig jaar voor zijn rekening en secretaris Bram tien. De eerste komt uit de tijd waarin een Norton als zwaar verouderd bekend stond en niet aan de straatstenen kwijt te raken was. “Weet je hoe sommige motorzaken destijds voor Norton adverteerden?”, vraagt Johan. “Voor één gulden per cc, neem alsjeblieft deze rotzooi mee.” Hoe anders is dat tegenwoordig. Voor een Norton betalen mensen tegenwoordig goed geld. Toch zijn de onderdelen nog betaalbaar en goed verkrijgbaar, vertelt Bram. Van alle Nortons die ooit van de band rolden, rijden er nog heel veel rond. Daardoor is er nog van alles verkrijgbaar. “We zien wel een bedenkelijke ontwikkeling: de prijzen stijgen doordat verzamelaars motoren kopen die in hun verzamelingen eindigen en daardoor nooit meer op straat komen. Volgens ons word je eerder lid als je rijdt.”
Benieuwd naar het verhaal achter de Norton Club Nederland, en waarom hun passie voor de Britse motoren zo groot is? Je leest het natuurlijk in Het Motorrijwiel 192!