Het Motorrijwiel 179

DE FORMULA-RAC Aan het einde van de TweedeWereldoorlog stond de Ducati-fabriek, al vanaf 1926 actief met het maken van radioapparatuur en aanverwante toe- stellen, voor een aanzienlijke transitie. Net als vele andere ondernemingen was Ducati na de oorlog onder controle van de overheid geplaatst om nieuwe activiteiten aan te boren. Een mogelijke oplossing werd aangereikt door Aldo Farinelli, die met het oog op een schrijnend tekort aan goedkoop gemotoriseerd transport voor het Italiaanse volk een hulpmotorblokje had klaargestoomd voor montage op een fiets. Dit ontwerp viel in goede aarde bij de regulerende overheidsinstelling, die de fabricage ervan toewees aan Ducati. Deze Cucciolo was een 48cc-viertakt met trekstangen, leverde 1 pk en was met acht kilo bijzonder licht en met een ver- bruik van 1 op 100 ook nog eens uiterst zuinig. Als hulpmotor werd de Cucciolo door menig con- structeur in binnen- en buitenland ingebouwd, zoals in de Italiaanse Aero Caproni en in Valcke’s Belgische Baindex-bromfietsen. De volgende stap was een Cucciolo-65cc-motorfietsje, nu met klepstoters, dat in 1952 tot 98 cc zou uitgroeien. In 1953 werd het bedrijf gesplitst in enerzijds Ducati Elettrotecnica SpA en anderzijds Ducati Meccanica SpA, onder leiding van Dottore Montana. De door de overheid aangestelde Montana was naast bedrijfsleider zelf motorrijder en een fervent voorstander van wedstrijddeelname, wat hij van groot belang achtte voor de technische ontwikkeling Met het doel een langeafstandsracer voor Ducati te maken, ontwierp de talentvolle constructeur Fabio Taglioni in 1955 de 98cc-Gran Sport met bovenliggende nokkenas. De kleine sportmachine was een schot in de roos, maakte zijn schepper tot een legende en leidde tot sportieve motorfietsen van wereldfaam. Uit Ducati’s rijke raceverleden zetten we een aantal snelle en zeldzaam mooie Formula-racers in de spotlights. | Tekst: Rik Van Eycken; Foto’s: archief, Van Eycken| Uit de Gran Sport ontsproten spoedig 125cc- en 175cc-Gran Sport-versies, die tot 1958 werden gemaakt en een ideale springplank vormden naar succes voor beginnende renners. Vanaf 1958 verschenen de Formula-racers. Deze waren voor in principe voor iedereen te koop, maar in realiteit bleef het aantal geproduceerde eenheden onder de vijftig. Afbeeldingen van de 100cc-Gran Sport (‘Marianna’) uit 1955, Taglioni’s meesterwerkje, met zijn compact eencilinder-bovennokkerblokje dat meteen goed was voor goud in de Italiaanse langeafstandsraces Motogiro-en Milaan-Taranto! 36 REPORTAGE DE FORMULA-RACERS VAN DUCATI

RkJQdWJsaXNoZXIy NjAzODY3