Het Motorrijwiel 175

1990 lijkt zo dichtbij, maar op deze plaat zo ver weg. Voorteken “Zou u een motorfiets van eigen makelij kopen?”, vraagt Kurt Biedenkopf eind 1991 aan aandachtig luisterende MZ-arbeiders die op zijn financiële steun hopen. Nieuw is de vraag niet voor de minister-president van de deelstaat Saksen. Eerder stelde hij dezelfde vraag aan de medewerkers van de eveneens noodlijdende Trabant-fabriek. Het non-verbale antwoord is bij de auto- en motor- fabriek identiek: niemand van de aanwezigen steekt zijn hand op. Dat de markt niet langer geïn- teresseerd is in MZ-motoren is dan al duidelijk. Dat zelfs hondstrouwe MZ-medewerkers liever een moderne motorfiets van een andere fabri- kant kopen, is een voorteken van het onheil dat de fabriek de komende jaren wacht. Nico van de Kuinder, de Nederlandse MZ-importeur, maakte het proces van dichtbij mee. Laat ze maar lachen Voor Van de Kuinder is 2008 het definitieve einde van MZ. De kleine oprisping tussen 2009 en 2012 onder leiding van Ralf Waldmann en Martin Wimmer overweegt hij niet eens seri- eus te nemen. “Wat een blabla-verhalen vertelden die gasten. Met hun elektrische scooters en geldverslindende race- avontuur moest het wel mis gaan. Natuurlijk lukte dat niet.” In 1974 begint Van de Kuinder met de verkoop van MZ-motoren in zijn Hilversumse motor- zaak. Twee jaar later mag hij zich importeur van het merk noemen. Hij krijgt er de (uit) lachers mee op zijn hand. “Laat die gasten maar lachen, heb ik altijd gedacht. We verkochten jaarlijks altijd wel tussen de dertig à vijftig MZ’s. Procentueel verdienden we veel meer op een MZ dan op andere merken door de aantrekkelijke importprijs. Bij garantiegevallen kon ik ook altijd in Zschopau aankloppen en dan kreeg ik dat bedrag altijd direct en volledig terug- betaald.” Ook in de hoogtijdagen van MZ willen de ingenieurs niet op hun lauweren rusten, maar voorwaarts in de vaart der volkeren. Van de Kuinder ziet die wens tot technologische vooruitgang altijd weer stranden bij de firma Transportmaschinen. “Dat bedrijf regelde de verkoop van MZ’s aan het buitenland. De MZ-fabriek deed dat niet zelf. Het leverde Transportmaschinen keiharde buiten- landse valuta op. Die gasten zagen alleen maar poen en hielden de vooruitgang tegen. Ook met Niets imagoprobleem maar pure liefde Bij de MZ Club Holland willen ze niets weten van een imagoprobleem. Voor de ruim 220 leden is er natuurlijk maar één motorfiets: de MZ. En dan natuurlijk het liefst de oude tweetaktmachines. Die trappen ze in clubverband aan voor treffens, toertochten en kam- peerweekeinden. Bij die laatste laat de volgende volzin van de club zien waar het alle- maal om draait: “Je eigen potje koken, een kampvuur en een goed gesprek laten je even het ‘drukke’ leven vergeten.” Klinkt goed, toch? Nog zo’n poëtische gedachte bij de club? “Niet het stuur, maar de bestuurder is het belangrijkst.” Ofwel liever een aardig mens dan een mooie motor. Zie voor meer informatie www.mzch.nl . Duidelijk van voor de Wende, maar te leuk om te negeren. Uit de oude doos: Nico van de Kuinder bij een proefrit. 17 MZ NA DE WENDE REPORTAGE

RkJQdWJsaXNoZXIy NjAzODY3